Pamir - Reisverslag uit Bisjkek, Kyrgizië van Stef Hoffer - WaarBenJij.nu Pamir - Reisverslag uit Bisjkek, Kyrgizië van Stef Hoffer - WaarBenJij.nu

Pamir

Blijf op de hoogte en volg Stef

30 Juni 2013 | Kyrgizië, Bisjkek

Vandaag markeert het begin van de laatste volle maand van deze reis door de Kaukasus en Centraal Azië. Inmiddels ben ik in Osh aanbeland, in Kirgizië, na een schitterende reis door het Pamir gebergte en de Wakhan vallei, aan de grens met Afghanistan. Na enige twijfel besloot ik afgelopen week toch met een groep reizigers mee te gaan, om vijf of zes dagen met een Toyota Landcruiser van Khorog naar Murgab, in het westen van Tadzjikistan, te rijden.

Het uitsluitend mannelijke gezelschap bestond uit de Pamiri chauffeur, een in Taiwan geboren Nieuw-Zeelandse dokter, een gepensioneerde Brit, en een documentaire- en filmeditor uit Los Angeles. Na een eerste kennismaking en een korte stop in de lokale bazaar om het nodige water in te slaan, gingen we iets na tien uur op pad richting de Wakhan vallei.

We besloten de plaatsen in de jeep dagelijks te rouleren, en ik had het geluk de eerste dag voorin te zitten, tijdens waarschijnlijk het meest spectaculaire gedeelte van de reis, qua landschap althans. De Pyanj rivier kronkelt door de vallei, omgeven door steile bergwanden die de grens tussen Tajikistan en Afghanistan markeren. Het contrast met de andere kant van de rivier was soms nihil, op andere momenten leek het een totaal andere wereld (en op sommige vlakken is dat het ook). Kleine dorpen, ezelcolonnes, mensen op motoren, maar aan beide zijden van de rivier geen noemenswaardig verkeer.

De Wakhan vallei is, net als de rest van de Pamir regio, één van de armste gebieden in Centraal Azië, en is lange tijd afhankelijk geweest van hulp van buitenaf. Na de val van de Sovjet-Unie stokte de aanvoer van voedsel en brandstof en verdwenen de markten, collectieve boerderijen, busroutes, en droogden de irrigatiekanalen langzaam op. De Pamiri die hier leefden, waren plotseling op zichzelf aangewezen, totdat een aantal jaar later internationale voedselhulp arriveerde. Sindsdien is de ‘Aga Khan Foundation’ actief in de regio, en worden zelfvoorziening en onderwijs gestimuleerd, met behoorlijk succes. Toch heeft dat niet kunnen voorkomen dat veel mensen hun heil elders hebben moeten zoeken.

Toerisme is een belangrijke bron van inkomsten aan het worden, nu steeds meer backpackers, fietsers, mensen op motoren en met auto’s, en zelfs lange afstandswandelaars de Pamirs beginnen te ontdekken. Vanuit een coördinatiecentrum in Khorog heeft zich een klein netwerk van ‘homestays’ en yurts ontwikkeld, waar toeristen kunnen overnachten tijdens hun reis door de regio. Zo verbleven we na een eerste dag vol nieuwe indrukken bij een lokale Pamiri familie, in een klein dorpje, hoog boven de weg, met een schitterend uitzicht over de vallei.

Dit was waarschijnlijk de meest luxe van alle ‘homestays’, waar we een enorm grote maaltijd kregen voorgeschoteld, voorafgegaan door verse noten, rozijnen, cake, snoepgoed en chocola. Elektriciteit was volop aanwezig wat mij de mogelijkheid gaf een paar accu’s op te laden. Maar ook de volgende homestays, en de twee overnachtingen in een plaatselijke yurt, waren naar omstandigheden comfortabel. En overal werden we met een grote glimlach en een warme kop thee ontvangen.

Yurts zijn de traditionele, verplaatsbare huizen van vooral Kirgizische nomaden (er wonen veel Kirgiziërs in Tadzjikistan), en lijken op grote ronde tenten. De buitenkant heeft een laag van schapenvet, en de binnenkant bestaat uit in elkaar gevlochten gras, om de bewoners tegen de wind te beschermen. De vloer is bezaaid met tapijten en soms huid van de yak (een soort mix tussen koeien, buffels en bizons, die voornamelijk op grote hoogte leven). Hoewel dus redelijk geïsoleerd dringt kou gemakkelijk door de wanden heen, en kan het ’s nachts behoorlijk koud worden. Het is moeilijk voor te stellen hoe mensen hier in de winter kunnen overleven.

Tijdens de zesdaagse reis naar het eindstation Murgab klommen we van ongeveer 2000 meter hoogte naar plaatsen rond de 4000 meter. Een aantal medereizigers gebruikte medicatie om sneller aan het hoogteverschil te wennen, maar niemand ontsnapte aan de gebruikelijke verschijnselen van milde hoogteziekte, hoofdpijn, extra toiletstops (nieren maken overuren op grote hoogte) en een conditie van een oud werkpaard dat rijp is voor de slachtbank. Gelukkig bleef het voor iedereen bij milde verschijnselen, hoogteziekte kan gevaarlijk en zelfs dodelijk zijn wanneer je er niet goed mee omgaat. Dit vindt vaker op grote hoogte plaats, maar de gevarenzone begint al rond de 2500 meter.

Hoewel we veelal met open armen werden ontvangen door de lokalen, bruisten de dorpen niet altijd van het leven. Veel mannen zijn weggetrokken, op zoek naar seizoensarbeid in voornamelijk Rusland, en de vrouwen, ouderen en kinderen zorgen voor het overgebleven vee, onderhouden de velden en wonen in veel te grote huizen.

Dit gold niet voor een plaatsje dat Bulunkul heet, ongeveer halverwege de reis, waar we op een zondagmiddag middenin een plaatselijke volleybalcompetitie terecht kwamen. Het ging er soms fanatiek aan toe, maar iedereen vermaakte zich prima, aangemoedigd door het bonte publiek, bestaande uit lokale ouderen, een groepje kinderen en vier Westerse toeristen met fotocamera’s. De eindstand kan ik niet meegeven, maar de wedstrijd eindigde toen de zon achter de bergen verdween en de temperatuur een duikvlucht richting het vriespunt nam.

De vele tussenstops die we maakten, soms via kleine zijweggetjes, waren onmogelijk te vinden met ‘openbaar vervoer’, dat eigenlijk niet echt bestaat in dit gedeelte van de wereld. De chauffeur was veelal op de hoogte van de plaatsen die we wilden bezoeken, en anders wist het reisgezelschap, aangevoerd door de Lonely Planet reisgids, ons wel in de goede richting te sturen. Een onaangename uitzondering vond op de vijfde dag plaats, toen we door een afgelegen vallei naar een kleine nederzetting wilden rijden, ongeveer veertig kilometer vanaf de ‘Pamir Highway’ (denk hierbij niet aan de A1).

Misschien dat Nazar, onze chauffeur, overmoedig was geraakt, of onderschatte hij de diepte van een drassig moeras waar we doorheen moesten rijden. Eerdere obstakels, in de vorm van kleine rivieren, steile hellingen en grote gaten in het zanderige ‘wegdek’ waren zonder moeite overwonnen. Op het moment dat hij gas gaf om door het moeras te rijden, hield ik mijn hart vast, en de gespannen blikken op de gezichten van de medereizigers verraadden vergelijkbare gedachten. Dit was zo’n beetje het slechtste moment om in figuurlijke zin te stranden. Inmiddels waren we ruim twintig kilometer van de hoofdweg verwijderd (waar ieder drie uur ongeveer één Chinese vrachtwagen voorbijreed, en maximaal vier keer per dag een jeep), liep het tegen 12 uur ’s middags, en was er in de wijde omgeving geen levende ziel te bekennen. Voeg hieraan toe dat we feitelijk door een woestijn op ruim 4 kilometer hoogte reden, telefooncontact uitgesloten was, en je hebt een interessant plot voor een rampfilm op kleine schaal.

Na de eerste aanzet begonnen de wielen te spinnen en grip te verliezen. Het moeras had geen stenen ondergrond waarop de zware Landcruiser kon rusten, en ongeveer halverwege gebeurde het onvermijdelijke, we kwamen vast te zitten. Zonder paniek probeerde Nazar een aantal manoeuvres om de jeep weer in het juiste spoor te krijgen, maar dit zorgde er eigenlijk voor dat we nog dieper in het moeras wegzonken. Er zat niets anders op dan uit te stappen en de schade te bekijken.

Ik moet toegeven dat ik behoorlijk schrok bij de aanblik van de achterwielen, die voor meer dan de helft onder water stonden. Vooral het idee dat hier eens in de zoveel dagen een auto voorbijkwam, we ons op ongeveer zes uur lopen van de hoofdweg bevonden, en we niemand telefonisch konden bereiken, zorgde voor een gespannen sfeer. We doorliepen een aantal scenario’s voordat we op zoek gingen naar grote stenen om onder de achterwielen te leggen. Nazar begon met uitgraven maar dit leek een uitzichtloze zaak, het water zorgde ervoor dat de modder steeds op dezelfde plaats terugzakte.

We begonnen openlijk te discussiëren over de verschillende opties, na een aantal mislukte pogingen de Landcruiser aan te duwen. Hoewel bezorgdheid zich van ons allen meester maakte, raakte gelukkig niemand in paniek. Samen besloten we op zoek te gaan naar nog meer stenen en een ultieme poging te wagen uit deze penibele situatie te raken. Met de broekspijpen opgerold waagde iedereen zich in het ijskoude water van het moeras. Nazar zette de Landcruiser in zijn achteruit, we begonnen uit alle macht tegen de motorkap te duwen, en langzaam kwam de wagen in beweging, om plotseling los te schieten. We maakten ons direct uit de voeten om vrij baan te maken voor Nazar, die snel opschakelde en alsnog naar de andere kant van het moeras reed. Missie geslaagd! Wat een opluchting.

Behalve dat deze laatste volle dag waarschijnlijk het meest avontuurlijk was, kwamen we uiteindelijk ook in een prachtige vallei terecht, waar een kleine gemeenschap (van ongeveer dertig mensen) grote kuddes yaks en schapen hield. Na enige twijfel besloten we hier te overnachten (de voornaamste zorg was het wassende water en een nog dieper moeras op de terugweg), wat een prachtig einde van een schitterende reis was. De families in deze gemeenschap doen zoveel mogelijk zelf, bakken hun eigen brood, wassen hun kleding in de rivier, eten en drinken vooral veel zuivelproducten van de yaks. Voor deze speciale gelegenheid werd een aantal luxe producten, zoals uien, aangesproken, om de gasten van een lokaal vorstenmaal te voorzien.

Na een tweede nacht in een yurt werd het tijd om een punt te zetten achter de zesdaagse reis naar Murgab. Gelukkig bleek er, na plaatselijk advies, een tweede route naar de hoofdweg te zijn, het moeras vermijdend. Zonder problemen bereikten we de Pamir Highway, en na het laatste checkpoint met succes te hebben doorstaan, arriveerden we in Murgab, een plaatsje met ongeveer zesduizend inwoners, waar etnische spanningen tussen Tadzjieken en Kirgiziërs regelmatig voor problemen zorgen.

Dit grootste dorp aan de oostkant van de Pamirs leek relatief weinig te bieden, waardoor ik met de Amerikaan en Nieuw-Zeelander besloot de volgende dag door te reizen naar Osh in Kirgizië. Ook deze reis, in een gedeelde Pajero met drie Kirgiziërs, werd een avontuur op zich, over soms beroerde wegen, maar door prachtig, ruig landschap. We reden soms op een tiental meter van de Chinese bufferzone, gemarkeerd door een lang lint aan hekken met prikkeldraad. Het was een vreemd gevoel op steenworp van China te zijn, en misschien wel verder weg dan ooit gezien de onmogelijkheid in deze landen een Chinees visum te krijgen.

De grensovergang was enigszins bizar te noemen. Nadat een grenswachter onze paspoorten had ingenomen en zich in een container terugtrok om een controle uit te voeren, kwam er iets later een tweede man naar buiten. Onze chauffeur, een Kirgiziër met een Tadzjieks paspoort, sprak een paar woorden Engels en bleef het woord ‘injection’ herhalen. Blijkbaar had één van de grenswachters medische hulp nodig. Na enige twijfel stapte de Nieuw-Zeelandse dokter uit, en vergezelde ik hem naar de containers. Daar bleek iemand aan reuma te lijden. Hij had weliswaar medicijnen maar geen idee hoe deze moesten worden gemengd en toegediend. Tot op heden had hij een aantal keer geluk gehad met passerende doktoren, en ook deze keer kon hij rekenen op buitenlandse assistentie. Op bijna vier kilometer hoogte, in een ruimte waar de geopende flessen wodka op tafel stonden, ging de Nieuw-Zeelander aan de slag, om een klein half uur later de kamer weer te verlaten, gevolgd door een grijnzende Tadzjiekse grenswachter. Hij kon weer even vooruit.

In Osh begint het inmiddels flink te onweren, en regen lijkt opnieuw onderweg. Ik ben nu op een aantal kilometer verwijderd van de Oezbeekse grens, en heb eigenlijk een grote ronde door Tadzjikistan gemaakt, om nu weer terug in de Fergana vallei te zijn, dit keer aan Kirgizische zijde. De jeepreis door de Wakhan vallei en de Pamir Highway was waarschijnlijk het grootste avontuur tijdens deze reis, hoewel de wilde rit door Turkmenistan op een hele andere manier spanning met zich meebracht.

De paar dagen in Osh zijn tot op heden weinig bijzonder. De eerste dag viel in het water, de bazaar waarvan ik veel verwachtte, is weliswaar groot maar is vergeleken met voorgaande markten niet bepaald mooi. En eerlijk gezegd moet ik ook even bijkomen van alle indrukken van de voorgaande week. Daarnaast heb ik net besloten om vanuit Osh naar Bishkek te vliegen (voor een paar euro meer dan met een gedeelde taxi, en een heel stuk sneller) om hopelijk dezelfde dag (aanstaande dinsdag) per bus naar Almaty in Kazakstan te reizen. Op deze manier ‘bewaar’ ik de bergen in Kirgizië voor het laatst, en is er voldoende tijd om de twee grootste Kazakstaanse steden alsnog in beeld te brengen.

Voor nu, opnieuw een hartelijk groet uit Centraal-Azië.

PS. Vanaf nu kan ik weinig foto’s meer uploaden, de geheugenkaarten die ik nu gebruik, worden niet ondersteund door mijn kleine laptop. Als ik terug ben in Nederland hopelijk meer, in de vorm van foto of video.

  • 30 Juni 2013 - 15:35

    Nico Ruijter:

    He Stef!! Reuze interessant wederom! Zo benieuwd naar je beelden en verdere verhalen.

  • 30 Juni 2013 - 19:56

    Nico En Cock:

    Indrukwekkend Stef !!!!Veel liefs !!!!

  • 30 Juni 2013 - 21:00

    Diny:

    Wow wat een avontuur toch!!! Heel veel plezier met het laatste deel van je reis!

  • 01 Juli 2013 - 13:20

    Marian Gielens:

    enerverend Stef. goede voortzetting van je reis en de hartelijjke groeten van ons








  • 11 Juli 2013 - 08:47

    J.G. Smit:

    Hi Stef.

    Tina would say "fantastic"
    Travel well.

    John

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Kyrgizië, Bisjkek

2013

Kaukasus & Centraal Azië.

Recente Reisverslagen:

31 Juli 2013

In Nederland

24 Juli 2013

Cirkels zijn rond

13 Juli 2013

Desolate leegte?

30 Juni 2013

Pamir

20 Juni 2013

Afghaans Intermezzo
Stef

Op dit moment op reis door de Kaukasus & Centraal Azië. www.youtube.com/stefhoffer picasaweb.google.com/stefhoffer

Actief sinds 21 Dec. 2006
Verslag gelezen: 1650
Totaal aantal bezoekers 119988

Voorgaande reizen:

22 April 2016 - 21 Mei 2016

2016

01 September 2015 - 30 September 2015

2015

25 September 2014 - 17 December 2014

2014

16 April 2013 - 16 April 2013

2013

01 Januari 2000 - 30 Augustus 2008

Algemeen

08 Maart 2010 - 30 November -0001

China 2010

Landen bezocht: